De Groote Oorlog door Abraham Hans
Abraham Hans was journalist. Hij schreef verhalen over de oorlog (1920-1925) die waarheidsgetrouw waren maar met een eerder romantische benadering.
Henricus Franciscus Van Dessel is voor of tijdens de oorlog gevlucht naar Frankrijk. Hij is getrouwd in Vierzon-ville (Chère, Frankrijk) met Maria Victorina Segers uit Willebroek (25/03/1891) op 23/02/1918. Na de oorlog zijn ze teruggekeerd naar Willebroek. Er werd hun een dochter geboren op 23/04/1919 met de naam Sophia Andrea.
De Groote Oorlog door Abraham Hans.
Mondeling verhaal over Henricus Franciscus Van Dessel.
CONTRIBUTOR
Annie Van Dessel
DATE
1914 - 1925
LANGUAGE
nld
ITEMS
16
INSTITUTION
Europeana 1914-1918
PROGRESS
METADATA
Discover Similar Stories
Vijf broers De Coninck uit Oostkamp overleefden de Groote Oorlog
3 Items
De broers De Coninck trokken alle vijf tijdens de Eerste Wereldoorlog ten strijde. De vijf broers, afkomstig van Oostkamp, maakten de Groote Oorlog mee en bovendien overleefden ze deze ook nog eens. Alle vijf konden ze tot in de jaren zeventig van een goede gezondheid genieten. Jules De Coninck (links op de foto) werd gemeenteraadslid te Beernem, Maurits (tweede van links) besloot kort na de Eerste Wereldoorlog naar Amerika uit te wijken, Armand (derde van links) baatte in de Sint-Katelijnestraat te Oostkamp een beenhouwerij uit, André en Max (tweede en eerste van rechts) bleven hun hele leven lang in Oostkamp wonen. De foto horende bij het krantenartikel werd kort na de oorlog 1914-1918 genomen. || Een krantenartikel over de terugkeer van één van de broers uit Amerika (Maurits). Een lijstje met informatie (geboorte - en overlijdensdatum) over de vijf broers. Een foto van de vijf broers samen met hun moeder (Desouter).
Paul Gallant: Oorlogsvrijwilliger en krijgsgevangene in de Groote Oorlog
5 Items
Paul Gallant, geboren op 1 november 1892, meldde zich aan het begin van de oorlog in 1914 aan als oorlogsvrijwilliger. Hij werd ingelijfd bij het 1e regiment der grenadiers. Na vele verplaatsingen (van Merelbeke-Gent naar Oostende,Calais, Gravelines, Marquise en uiteindelijk naar Veurne) kwam hij terecht in de sector van Diksmuide. Hij raakte gewond nabij Oud-Stuivekenskerke en werd er door de Duitsers gevangen genomen. Dit hele gebeuren beschreef hij zelf in een brief van 24 januari 1915 vanuit het lazarett in Celle (Hannover - Duitsland) waar hij verzorgd werd. Na zijn opname in het hospitaal werd hij naar het krijgsgevangenkamp in Soltau gebracht. Tegen het einde van de oorlog telde het kamp zo'n 60.000 gevangenen, waaronder 12.500 Belgen. Omwille van zijn precaire gezondheid werd Paul Gallant echter reeds in juni 1918 door het Rode Kruis overgebracht naar Zwitserland als geïnterneerde. Paul Gallant overleefde de Groote Oorlog. Hij was daarmee één van de dertig grenadiers uit zijn compagnie van 250 soldaten. Na de oorlog, op 25 februari 1921, werd hij benoemd tot kapitein bevelhebber van de Vrijwillige Brandweer van Wervik. Hij trad hiermee in de voetsporen van zijn vader. Bij het uitbreken van WOII heeft hij in een schrift zijn herinneringen opgetekend bij de bombardementen van Wervik en de vele branden die zij in gevaarlijke omstandigheden hebben moeten bestrijden (oorlogsjaar 1940 en 1944). || Foto genomen in september 1914 (Paul staat rechtsachter). De brief van 24 januari 1915 in potlood geschreven van uit het Lazarett te Celle (Duitsland).