Vijf in Nederland geïnterneerde vrienden uit Hollebeke
Na de val van Antwerpen vluchtten meer dan 30.000 Belgische militairen naar Nederland. Daar werden ze omwille van de Nederlandse neutraliteit geïnterneerd in kampen. Onder die geïnterneerde Belgische militairen in Nederland waren vijf Hollebekenaren. Op de eerste foto (document 1) ziet u de vijf mannen staan. Van links naar rechts: Henri Vermon, Achille Odent, Cyrille Pattyn, Hubert Billen en Louis Sohier.
De vijf vrienden uit Hollebeke kwamen na de algemene mobilisatie in België terecht op verschillende plaatsen in de forten of vestingen rond Antwerpen. Hubert Billen (lichting 1899, geboren 1879) was de oudste van de ware vrienden en Cyrille Pattyn de jongste (lichting 1904). Na de val van Luik op 16 augustus en de val van Antwerpen op 10 oktober 1914 werd de toestand voor het Belgische leger onhoudbaar. Het veldleger trok zich terug en de vestingtroepen waren bijna volledig omsingeld door de Duitsers. Alleen de weg naar Nederland bleef over. Liever dan zich als krijgsgevangene aan de Duitsers over te geven, vluchtten ze naar het neutrale Nederland. Meer dan dertigduizend militairen en een paar honderdduizend burgers kwamen in Nederland terecht. De burgers keerden in de loop van de volgende maanden terug. Maar omdat Nederland neutraal was, werden de militairen in kampen geïnterneerd. De vijf vrienden uit Hollebeke werden rond half december 1914 in het kamp van Harderwijk ingeschreven. Achille Odent (Document 2) werd op 28 september 1881 geboren in Wijtschate, waar zijn ouders een herberg open hielden. Later verhuisden zijn ouders terug naar Hollebeke, vanwaar ze afkomstig waren. Na zijn legerdienst huwde hij Leonie Debackere. Het paar baatte in Hollebeke herberg 'In’t Paradys' uit. Ze kregen vijf kinderen. Achille werd bij de algemene mobilisatie van 31 juli 1914 opgeroepen en in het 3e regiment jagers te voet, 3e bataljon, 1e compagnie bij de vestingtroepen rond Antwerpen onderverdeeld. Hij belandde na de val van Antwerpen in het interneringskamp van Harderwijk waar hij in barak 38 verbleef. Rond half december 1918 konden de geïnterneerden de Nederlandse kampen verlaten. Achille Odent stierf op 6 september 1925, Leonie pas in 1959. Het echtpaar ligt begraven in Hollebeke. Henri Vermon is geboren op 4 september 1881 als zoon van Joseph Vermon en Julie Virgenie Bogaert. Henri woonde tevens in Hollebeke (hij was de overbuur van Achille Odent) en was actief als metselaar. Henri Huwde met Marie Leroy en samen kregen ze drie kinderen: Gabrielle, Jenny en Achille. Bij de mobilisatie van 1914 kwam Henri met het 2e vestingregiment, 2e bataljon, 1e compagnie terecht in de forten rond Antwerpen. Ook hij belandde in Harderwijk waar hij in december ingeschreven werd. Of Henri vermon contact had met vrouw en kinderen weten we niet. Helaas overleed Henri Vermon op 3 maart 1918 te Harderwijk. Zijn stoffelijk overschot werd overgebracht naar het Belgisch ereperk op de gemeentelijke begraafplaats van Harderwijk. Henri Vermon kreeg een laatste rustplaats in vak A, rij 3, graf 15. Cyrille Pattyn is geboren in Boezinge op 4 december 1884 als zoon van Charles Louis Pattyn en Julie Milleville. Het gezin verhuisde naar Hollebeke en de toen zeventienjarige Cyrille werd er ingeschreven als dagloner. Hij werd in 1914 onderverdeeld in hetzelfde regiment van Achille maar kwam terecht in een ander bataljon en een andere compagnie. Ook Cyrille Pattyn kwam in december 1914 in Harderwijk terecht. Verdere gegevens over de persoon van Cyrille Pattyn ontbreken. Hubert Billen en Louis Sohier waren schoonbroers van elkaar. Hubert Billen was gehuwd met Octavie Everaet, Louis met Marie Everaet. Hubert Billen werd geboren in Limburg maar verhuisde in 1902 naar Hollebeke. Waarschijnlijk was hij dan pas uit het leger afgezwaaid. Zijn beroep was grondwerker en waarschijnlijk belandde hij in Hollebeke door de werken aan het kanaal. Hubert huwde in 1903 met Octavie Everaet. Het echtpaar bleef kinderloos. Als soldaat in het regiment vestinggrenadiers, 4e bataljon, 4e compagnie kwam ook hij terecht in de forten rond Antwerpen. (Document 3 en 4). Van Louis Sohier beschikken we niet over gegevens uit het archief van Harderwijk of andere archieven. Zijn verhaal loopt echter min of meer samen met het verhaal van Hubert Billen, zijn schoonbroeder. Hij was net zoals de vier andere vrienden uit Hollebeke geïnterneerd in Harderwijk. Een postkaart van 16 augustus 1918 (Document 5) bevestigt dat Hubert, Louis en Octavie samen in Harderwijk zijn. De postkaart werd verstuurd naar de broer van Octavie Everaet. Blijkbaar verbleef Octavie Everaet op 26.03.1916 dus in Harderwijk. Nederland stond inderdaad toe dat de vrouwen van geïnterneerden naar Nederland kwamen. Voor hen werd een nieuwe wijk gebouwd: het Leopoldsdorp, dat gereed kwam op 31.12.1916. Geïnterneerden die familie lieten overkomen moesten wel in staat zijn om in hun onderhoud te voorzien. Waarschijnlijk waren Hubert Billen en Louis Sohier ergens tewerkgesteld in het kamp of daarbuiten. Vooraleer het Leopoldsdorp afgewerkt was, logeerden de vrouwen op kamers in de stad. Octavie moet over zee gereisd zijn, waarschijnlijk via Engeland. Misschien was ze alleen, waarschijnlijker behoorde ze tot een groep vrouwen die samen reisde.
Groepsfoto van de vijf vrienden (van links naar rechts: Henri Vermon, Achille Odent, Cyrille Pattyn, Hubert Billen en Louis Sohier. Daarna een foto van Achille Odent. Dan een foto van Hubert en Octavie voor hun barak in Kortewilde en een foto van hun graftombe. Afsluitend een postkaart verstuurd door Octavie vanuit Harderwijk met haar man en haar schoonbroer, Louis Sohier.
CONTRIBUTOR
Ludwich Devlieghere
DATE
1914-10-10 - 1918-11
LANGUAGE
nld
ITEMS
5
INSTITUTION
Europeana 1914-1918
PROGRESS
METADATA
Discover Similar Stories
Vijf broers De Coninck uit Oostkamp overleefden de Groote Oorlog
3 Items
De broers De Coninck trokken alle vijf tijdens de Eerste Wereldoorlog ten strijde. De vijf broers, afkomstig van Oostkamp, maakten de Groote Oorlog mee en bovendien overleefden ze deze ook nog eens. Alle vijf konden ze tot in de jaren zeventig van een goede gezondheid genieten. Jules De Coninck (links op de foto) werd gemeenteraadslid te Beernem, Maurits (tweede van links) besloot kort na de Eerste Wereldoorlog naar Amerika uit te wijken, Armand (derde van links) baatte in de Sint-Katelijnestraat te Oostkamp een beenhouwerij uit, André en Max (tweede en eerste van rechts) bleven hun hele leven lang in Oostkamp wonen. De foto horende bij het krantenartikel werd kort na de oorlog 1914-1918 genomen. || Een krantenartikel over de terugkeer van één van de broers uit Amerika (Maurits). Een lijstje met informatie (geboorte - en overlijdensdatum) over de vijf broers. Een foto van de vijf broers samen met hun moeder (Desouter).
Mobilisatie in Nederland
2 Items
Dit zijn twee pagina's uit het familiealbum dat de zoon van Martinus, Piet Angevaare (geb. 17-12-1919) heeft achtergelaten. || Martinus Anthonius Angevaare (Martien) Angevaare, uit Voorhout, was in 1911 met de S.S. Nieuw Amsterdam naar Amerika gegaan om de taal te leren. Na enige omzwervingen kwam hij in Chicago terecht en vond werk in de kassenkwekerij van de familie Klökner. In 1913 deed hij een aanvraag om Amerikaans staatsburger te worden (Circuit Court of Cook County, 5 maart 1913). Eind 1913 werd Martien Angevaare in Nederland opgeroepen voor militaire dienst. Zijn vader vroeg hem nog één keer naar Nederland te komen. Daar werd hij in augustus 1914 gemobiliseerd. Zijn belevenissen zijn opgetekend door zijn zoon Piet.
Herenthoutenaars in Nederland
89 Items
- map met oorlogscorrespondentie - fotoalbum - affiche - doos met eretekens en documenten || Zowel vluchtelingen als krijgsgevangenen werden geinterneerd in Nederland te Zijst en Harderwijk. Er verliep veel correspondentie via Nest Van Dijck. Nest was een zakenman uit Herenthout die in Nederland werkte.