Foto van Johann Bogner bij zijn paardenkoets. Foto van het graf van Johann Bogner. || Johann Bogner was een Armierungssoldat uit Saksen en deed dienst bij de 2e compagnie van het 88e Armierungs-Batallion. 'Armierungssoldaten' stonden in voor het aanleggen en onderhouden van stellingen en versterkingen. Zo werden ze bijvoorbeeld ingezet bij het aanleggen en versterken van loopgraven maar ook bij de aanleg en bouw van bruggen, straten of spoorwegen in het frontgebied. Johann was 30 jaar aan het begin van de Eerste Wereldoorlog en ondermeer zijn hogere leeftijd maakte hem minder geschikt voor gewapende dienst. Johann Bogner had een familielid bij het 1ste Garde-Fußartillerie-Regiment, Wilhelm Bogner, en corrspondeerde met hem. In het foto-album van Wilhelm Bogner vinden we twee fotobriefkaarten terug. In 1916 poseert Johann voor een hoeve bij zijn paardenkoets. De grond is modderig en doorregen van karrensporen. De stempel van de veldpostkaart is van de 18e Infanterie-Divisie. Een volgende veldpostkaart toont een foto van het graf van Johann Bogner. Johann Bogner sneuvelde op 20 mei 1918 bij Bois-Bernard, een dorp in de omgeving van Arras, tijdens het laatste grote Duitse lente-offensief. De Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge situeert het huidige graf van Johann Bogner (Armierungssoldat, blok 14 graf 480) in Neuville-Saint-Vaast (Frankrijk). Neuville-Saint-Vaast is een verzamelbegraafplaats voor voormalige Duitse begraafplaatsen uit de ruime regio noordelijk en oostelijk van Arras. Johann Bogner sneuvelde bij Bois-Bernard en werd oorspronkelijk begraven in Brébières. De opname van het graf dient gesitueerd in Brébières.

Johann Bogner (2e compagnie, 88e Armierungs-Batallion) maakt deel uit van de 18e Infanterie-Divisie. De poststempel is gedateerd op 5 december 1916. Hij schrijft naar zijn kennis Wilhelm Bogner. De tekst is echter niet meer leesbaar. || Back

Johann Bogner poseert in 1916 bij zijn paardenkar. De grond voor de hoeve is modderig en stuk gereden. De foto lijkt in het najaar getrokken. || Front