Transcribe

Josephine Vandenbosch met dochter Mariette.

Josephine Vandenbosch bleef in augustus 1914 thuis achter met een dochter van 18 maanden toen haar man Martin Hestermans gemobiliseerd werd. Dit studioportret werd in 1914 gemaakt en diende als aandenken voor soldaat Martin.

Show More
 
 
 
 

CONTRIBUTOR

Claire Grommen

DATE

1914

LANGUAGE

und

ITEMS

1

INSTITUTION

Europeana 1914-1918

PROGRESS

START DATE
TRANSCRIBERS
CHARACTERS
LOCATIONS
ENRICHMENTS

Generating story statistics and calculating story completion status!

METADATA

Source

UGC

Contributor

europeana19141918:agent/d557f74deea61a051deab358c527b4d7

Date

1914

Type

Photograph

Language

und

Country

Europe

DataProvider

Europeana 1914-1918

Provider

Europeana 1914-1918

Year

1914

DatasetName

2020601_Ag_ErsterWeltkrieg_EU

Begin

1914

End

1914

Language

mul

Agent

Claire Grommen | europeana19141918:agent/d557f74deea61a051deab358c527b4d7

Created

2019-09-11T08:44:46.222Z
2020-02-25T08:52:45.235Z
2020-02-25T08:52:45.236Z
2013-12-16 12:09:35 UTC

Record ID

/2020601/https___1914_1918_europeana_eu_contributions_11147_attachments_112716

Discover Similar Stories

 
 
 
 

Josephine Vandenbosch met dochter Mariette.

1 Item

Josephine Vandenbosch woonde onder de bezettingsjaren met haar dochter bij haar ouders. De vader van het kind, Martin Hestermans, was aan het front in het Belgisch leger. Af en toe probeerde Josephine contact te houden en verstuurde vanuit bezet gebied fotobriefkaarten of portretfoto's van haarzelf met hun opgroeiende dochter naar het front.

Go to:
 
 
 
 

Josephine Vandenbosch. Een vrouw aan het thuisfront.

1 Item

Josephine Vandenbosch was op 27 juli 1912 gehuwd met leiëndekker Martin Hestermans. Toen haar man in augustus 1914 gemobiliseerd werd en de oorlog uitbrak, is zij terug naar haar moeder getrokken. Hier verbleven ook nog drie van haar broers. Op dat ogenblik hadden Josephine en Martin een dochter van 18 maanden. Onder de oorlog probeerde Josephine contact te houden met haar man Martin aan het front. De correspondentie verliep moeizaam en was onzeker. De soldaten aan het front hadden een 'meter'. Hun correspondentie verliep ondermeer via deze meter, via Engeland naar Nederland. Tussen Nederland en België was er nog personenverkeer. Er waren inwoners uit Tongeren die met de tram naar Maastricht gingen en terug. Het leven liep zijn gewonen gang en het was gebruikelijk om inkopen te doen in Nederland. Jeanne heeft haar moeder nooit horen vertellen over de electrische draad, maar wel dat men de tram nam en 'gewoon' de grens over naar Nederland gingen voor inkopen. Via deze route smokkelden men ook pakketten met brieven uit het land. Brieven van het front werden dan weer terug binnen gesmokkeld. Vrouwen staken dit in hun voorschoot of onderkleding. Maar aan de grens werden zij streng gecontroleerd op smokkelwaar. Voor vrouwen werden op bepaalde dagen 'visiteuses' ingehuurd. In een kamer moesten de vrouwen zich dan uitkleden en werden ze gefouilleerd door deze 'visiteuses'. Soms werden pakketten met correspondentie in beslag genomen. Zo was men nooit zeker of en wanneer zendingen aankwamen. Deze postwissel was niet zonder risico en bijgevolg ook niet gratis. Om een brief te versturen of te ontvangen diende Josephine veel geld te betalen. Vaak was een brief even duur als een alleenstaande vrouw ontving aan hulp om een gezin te onderhouden. Jeanne spreekt hier zelfs van 'soldatengeld' ter waarde van 6,5 frank die door de Belgische regering maandelijks aan vrouwen van frontsoldaten werd uitbetaald. Een brood kostte al snel de helft van dit soldatengeld. Josephine kon goed koken en wist hierdoor ook met weinig toe te komen. Zo kon het gezin ook met weinig variatie toch een lekkere maaltijd maken. De moeder van Jeanne diende in de omgeving van het station ook in een groot herenhuis. Hier moest zij ondermeer ook koken. In dit herenhuis was een Duitse officier ingekwartierd. Door haar werkgevers heeft zij zich eens laten overhalen om in Maastricht koffie in te kopen en andere boodschappen te doen. De koffie was klandestien. Zij wilde dit met een kussensloop België in smokkelen. In Maastricht kon zij ook een brief van haar man bemachtigen. Zij bevestigde deze brief met naalden onderaan de kussensloop en liet de koffiebonen hierop gieten. Aan de tramhalte kwam zij de Duitse officier tegen. Deze bood aan om haar te helpen met dragen. Zij overhandigde hem de met koffie gevulde kussensloop en zelf behield ze de overige koopwaar. Aan de grens werd de tram tegengehouden en gecontroleerd op smokkelwaar. De Duitse officier droeg nog steeds de gevulde kussensloop en werd niet gecontroleerd. Zo geraakte zij thuis met de smokkelwaar en de brief van haar man. Het thuisfront wist nooit hoe het met hun echtgenoten gesteld was. Zo hadden Josephine en Martin bijna 17 maanden geen nieuws van mekaar gehad. De correspondentie geraakte niet door of werd onderschept. Op een dag werd zij door een kennis aangesproken die meende gehoord te hebben dat Martin gesneuveld was. Op het gemeentehuis van Tongeren had men geen nieuws. Men heeft vervolgens verder binnen de Belgische administratie geïnformeerd en in december 1917 ontving zij een officieel schrijven dat haar man niet op de lijsten van gesneuvelden voorkwam. Toen Martin terugkeerde van de oorlog, verliep de hereniging van het gezin niet zonder problemen. Voor Mariette, zijn zesjarige dochter, was hij een vreemde man. Zij had angst voor haar eigen vader. Hij had immers jaren aan het front verbleven en zij was ondertussen zonder vader opgegroeid bij haar grootmoeder. De broers van haar moeder waren de enigen die zij in haar opvoeding had gekend. Het vergde heel wat aanpassingstijd voordat vader en dochter terug een normale relatie ontwikkelden. || Portretfoto van Josephine met de dochten van 18 maanden. Document van de Belgische overheid ivm dodenlijst. Gezinsportret na de oorlog.

Go to:
 
 
 
 

Joseph Vandenbosch | oorlogsvrijwilliger.

1 Item

Twee foto's met Joseph Vandenbosch in militaire dienst. Een groepsfoto met Joseph in een voetbalteam en een (verbleekte) foto van hem in uniform aan het front. || Joseph Vandenbosch (Luik) woonde in de Limburgse stad Tongeren. Hij was 19 jaar toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Het gebied rond Tongeren werd reeds vroeg in de oorlog door de Duitsers bezet. In tegenstelling tot het noorden van Limburg was er vanaf de eerste oorlogsweek in het zuiden van de provincie een grote Duitse militaire aanwezigheid. Ondanks de bezetting van Tongeren, en de sterke aanwezigheid van het Duitse leger, besloot Joseph om zich als vrijwilliger bij het Belgisch leger aan te melden. Samen met twee andere jongeren uit Tongeren probeerden ze het Belgisch leger te bereiken. Eén van hen werd onderweg opgepakt en teruggestuurd. Joseph met de tweede persoon slaagden er in om het bezet gebied te ontvluchten. Doorheen de vijandelijke troepen bereikten ze de Belgische linies. Op 27 september 1914 werd hij ingeschreven in het opleidingscentrum van de 6e divisie (4e linieregiment, 1e bataljon, 2e compagnie). Enkele maanden later werd zijn opleiding afgerond en deelde men Joseph Vandenbosch in bij het 2e regiment Karabiniers. (Aan het front ontmoette hij zijn schoonbroer, brancardier Martin Hestermans, die reeds vanaf de mobilisatie in de oorlog zat.) Op 26 december 1916 werd hij overgeplaatst naar het 4e regiment Karabiniers. Hij zal de resterende oorlogsperiode binnen deze eenheid blijven. Op 1 januari 1918 werd Joseph benoemd tot Korporaal. Aan Joseph Vandenbosch worden na de oorlog 7 frontstrepen toegekend. Op 15 maart 1919 ontving hij het Oorlogskruis (Croix de Guerre) 1914-1918 met Palm voor een vermelding in het legerorder voor zijn ontsnapping uit bezet gebied om zich als oorlogsvrijwilliger aan te melden. Joseph nam deel aan de bezettingstroepen van Duitsland in 1919 en bleef ook nadien in het leger als beroepsmilitair. Pas op 31 december 1939 nam hij definitief ontslag uit het leger. NOOT: Ook onder de Tweede Wereldoorlog bleef Joseph Vandenbosch niet afzijdig. Hij was een actief weerstander en maakte deel uit van het Comètenetwerk (Komeet) in Limburg en Luik.

Go to: