Spioneren voor de Britten in de Noorderkempen
1. British War Medal (zonder bijhorend lint). Zilver. 1919.
recto: koning George V ; verso: naakte krijger te paard -1914-1918
In de rand: ‘J.F.DE BONT. (Verz.Michel De Bont).
2. Bijhorende brief. London, 18 september 1919. Van :British Military Commisson, War Office, London, ondertekend : E. A. Wallinger, Lt.-Colonel, General Staf. Aan: Mons. Jean Debont (sic). Bericht dat hem de British War Medal werd toegekend wegens ‘valuable services rendered during the Great War, 1914, 1918’. Sterke gebruikssporen (bewaard in een portefeuille ?). (Verz. Michel De Bont).
3. http:/www.nationalarchives.gov.uk/records/medal-index-cards-ww1.htm
The National Archives, series WO 372: British Army medal index cards 1914-1920. Meer dan 5 miljoen ‘index cards’ van mannen en vrouwen die recht hadden op een oorlogsmedaille. Bijna allemaal leden van de British Army, enkele burgers, waaronder buitenlanders. 3909 medailles (British War Medal) werden toegekend aan Belgen, als ‘agent’ in dienst van de Britse spionagediensten.
Medal Card of De Bont, Jean Francois. Corps: Belgian Agents (WO 372/5/13822278)
Medal Card of De Bont-Van Ael, Marie. Corps: Belgian Agents (WO 372/23/42375)
Medal Card of De Bont, Alphonsine Antonia Maria. Corps: Belgian Agents (WO 372/23/9976)
4. Archiesftuk. Document van het Koninkrijk België. Ministerie van Landverdedigingaan Monsieur Debont, Jean-François, 51, Rue de l’Eglise à Weelde. Frans, met Nederlandse vertaling. ‘De Minister van Landsverdediging heeft de eer een blijk van voldoening te sturen aan Monsieur De Bont Jean François voor zijn medewerking, aan de Verbonden Legers, in het bezet gebied, gedurende den veldtocht 1914 1918’.
’(‘pour sa collaboration aux Services de Renseignement de ArméesAlliées, en territoire occupé pendantla campagne 1914 1918). (Verz. Michel De Bont).
5-6-7 Bidprentjes van Frans De Bont (1871-1949), Alfons, Nicolaas-Poppelius (1875-1952) en Maria Hortentia Van Ael (1870-1961). (Verz. Michel De Bont).
8. Foto. Wsch.begin 1919. Antoon De Bont (Weelde 1840-1919) en zijn vrouw Philimena Meijvis (Zondereigen-Baarle-Hertog 1842-Weelde 1932), winkeliers te Weelde (in de Kerkstraat bij de St.-Michielskerk) en hun zes zonen. Onder, v.l.n.r.: Adrien De Bont (later directeur van het Scheppersinstituut te Mechelen), vader Toon De Bont, moeder Philomeen Meijvis, Louis De Bont (koster van de St.-Michielskerk). Boven v.l.n.r.: Alfons De Bont (hoofdonderwijzer in Baarle-Hertog), Frans De Bont (kassier bij de Nationale Bank in Turnhout), Henri De Bont (onderwijzer in de Staatskolonie te Merksplas) en Gust De Bont (onderwijzer in Turnhout). (Verz. Michel De Bont).
9. Foto.Frans De Bont. Rond 1930 (?).
10. Foto. Frans De Bont op latere leeftijd. Rond 1945. (Verz. Michel De Bont)
Mijn grootoom ‘nonkel’ Frans De Bont spioneerde voor het Britse Leger gedurende de Eerste Wereldoorlog. Hij bracht boodschappen over vanuit Turnhout. Deze waren verborgen in een holle sleutel en bracht deze door de grote poort in de Dodendraad te Ravels naar zijn geboortedorp Weelde. Zijn schoonzuster (mijn groottante), Maria Hortentia De Bont-Van Ael, smokkelde de berichten vanuit Weelde over de Nederlandse grens tot in de enclave Baarle-Hertog.
Mijn grootvader August (Gust) De Bont werd geboren in Weelde op 13 mei 1877 (overleden te Turnhout 1959). Zijn ouders, Toon De Bont (geboren te Weelde 1840 – overleden op 1 april 1919) en Philomeen Meyvis (geboren te Zondereigen/ Baarle-Hertog 1842 – overleden te Weelde 1932) hielden er in de schaduw van de Sint-Michielskerk de dorpswinkel open. Zij hadden negen kinderen, waarvan er zes de volwassen leeftijd bereikten. Hoewel zij zeer katholiek waren, lieten zij geen enkele van hun zonen priester worden. Eén zoon, Louis ‘werd aan de Kerk geschonken’ als koster in de dorpskerk en kon dus ook meehelpen in de zaak. Vier zonen lieten zij voor onderwijzer studeren in de bekende ‘onderwijzersschool’ van de familie Lindemans in Opwijk.
De ‘held’ van dit verhaal is hun broer Frans De Bont (Weelde 1871-1949). Welke studies hij gedaan heeft, weet ik niet. Volgens de familieoverlevering werd hij kassier van de Nationale Bank van België in Turnhout. Dat was toen de enige bank in Turnhout en hij was de enige kassier. In 1903 werd aan de Merodelei een mooi gebouw opgetrokken voor de Bank. De broers De Bont waren niet alleen fervente jagers en natuurliefhebbers. Zeker drie van hen waren ook taxidermist (dierenopzetter). Zij werkten onder andere voor leden van de Turnhoutse burgerij. Mogelijk is Frans De Bont via die connectie aan zijn plaats van kassier geraakt.
Henri en Gust De Bont werden nog voor 1900 onderwijzer aan de Jacobse School in Turnhout, een privéschool. De drie broers waren nog ongehuwd. Zij bleven bij hun ouders in Weelde wonen. Elke dag stapten zij van Weelde naar Turnhout en terug, in vogelvlucht dwars door de heide. Henri werd overgeplaatst naar het schooltje van de Staatkolonie in Merksplas. Gust en Frans bleven elke dag heen en weer stappen tussen Weelde en Turnhout. Dat werd een probleem na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. In april 1915 werd door de Duitsers gestart met het oprichten van ‘de Dodendraad’. Die was klaar ten noorden van Turnhout in juni of juli van dat jaar. Turnhout lag in bezet gebied, maar Weelde lag ten noorden van de draad. Volgens een familieoverlevering zouden de twee broers een ‘Passierschein’ van de Duitsers hebben gekregen om ‘den draad’ tweemaal per dag op een wettige manier te passeren. En wel door een 'poort’ aan de brug over het kanaal in Ravels.
De broers werden in Turnhout gecontacteerd door iemand die als spion voor een Britse spionagedienst werkte. Mijn grootvader Gust De Bont vond dit te link. Hij besloot om de Dodendraad te vermijden en zich in Turnhout te vestigen. Hij (of zijn familie) zocht een bruid. En op 13 november 1915 trouwde hij in Brasschaat met Marie-Louise De Clerck, mijn grootmoeder. Zijn broer Frans begon wel te werken voor een Britse geheime dienst. Waarschijnlijk was dat de befaamde Secret Service, die vanuit Nederland geleid werd door Laurie Oppenheimen Richard Tinsley. Frans De Bont werd ingelijfd als ‘secret agent De Bont’. Vermoedelijk gebeurde dit rond mei 1915, toen de Duitsers begonnen met de Dodendraad te bouwen. Hij was de geschikte persoon om als ‘passeur’ berichten over te brengen naar de andere kant van de Dodendraad. Hij kreeg immers een ‘Passierschein’ om dagelijks door de draad te komen ‘langs de grote poort’ in Ravels.
Volgens een hardnekkige familieoverlevering smokkelde hij berichten in een holle sleutel: een sleutel die kon opengevezen worden. In de holle opening was er plaats voor een kort bericht. Tot een paar dagen geleden wist ik niet hoe deze berichten naar het onbezette Baarle-Hertog werden doorgespeeld. Bij online-opzoekingen in het Brits National Archive ontdekte ik tot mijn verbazing dat een ander familield ook de British War Medal heeft gekregen. Het was Maria Hortentia Van Ael (Merksplas 7 april 1870 -Bouchout 31augustus 1961). Mijn groottannte! Zij was te Merksplas gehuwd met Alfons De Bont, een broer van Frans en August. In de Eerste Wereldoorlog was hij onderwijzer in Baarle-Hertog. Later werd hij er schoolhoofd van de lagere school en gemeenteontvanger. Vermoedelijk smokkelde Marie De Bont-Van Ael de berichten verder over de Nederlandse grens tot in Baarle-Hertog. Vandaar konden zij rechtsreeks overgeseind worden naar de Britse Secret Service.
Hoe lang Frans De Bont agent geweest is voor de Britten weet ik niet. Wel weet ik uit familieoverlevering dat de hele filière van de spionagedienst door de Duitsers werd opgerold tot in Turnhout. Nonkel Frans ontsnapte aan gevangenneming. Mijn grootvader Gust De Bont was als onderwijzer beter gekend in Turnhout als zijn broer. De Duitsers kwamen bij de ‘verkeerde’ De Bont terecht. Zij konden mijn grootvader niets ten laste leggen. Het is geweten dat het net van de Secret Service in België eind 1916 volledig werd geëlimineerd.
Frans De Bont ging om veiligheidsredenen inwonen bij zijn broer Gust in Turnhout. Daar werd op 8 december 1916 een tweeling geboren: Antoon en Frans De Bont (mijn vader). Zo zat mijn grootmoeder een jaar na haar huwelijk ‘met vier mannen in huis’.
Na de oorlog ontving Frans De Bont de British War Medal. Volgens zijn doodsprentje was hij ook Ridder in de Orde van Leopold II, drager van het Oorlogskruis 1904-1918 en van verschillende eretekens.
CONTRIBUTOR
Michel De Bont
DATE
1914 - 1919
LANGUAGE
nld
ITEMS
20
INSTITUTION
Europeana 1914-1918
PROGRESS
METADATA
Discover Similar Stories
Boekje met recepten voor in de Eerste Wereldoorlog.
3 Items
Gekocht op Marktplaats. Boekje, Goede recepten voor slechte tijden. Door C.J.Ten Bosch
Pakketjes voor de geïnterneerden
9 Items
Overgrootmoeder Johanna de Vet/de Neef, ontvangt tijdens de Eerste Wereldoorlog een kaart van een vrouw uit Hamburg wiens man is geïnterneerd in Nederland. Johanna stuurt pakketjes naar de betreffende man, waarvoor ze bedankt wordt. Tevens wordt ze gevraagd ook een pakketje aan haar broer te sturen, die in Frankrijk geïnterneerd zit. || Allereerst is er een brief van Johanna. Verder is er, uit de collectie van een verwante historicus, een blik voor het bewaren van stafkaarten. De naam L. Hinze is erin gekrast (‘trench art’) Herkomst is onbekend.
Zakboekje voor de dienstplichtige soldaat
3 Items
De verzameling documenten en plakboeken is vermoedelijk via de moeder van mevrouw Van Dam in haar bezit gekomen. Mogelijk heeft haar broer de zaken voor haar moeder ingeplakt en georganiseerd. Pas afgelopen dinsdag heeft de zoon van mw. Van Dam de zaken allemaal gevonden op de zolder in een doos, die kennelijk uit het huis van haar moeder is meegekomen na het overlijden. Vrienden hebben mw. Van Dam overgehaald de objecten te laten zien. De opa van mw. Van Dam, Cornelis van Veenendaal, was gemobiliseerd tijdens de Grote Oorlog en heeft al zijn documenten uit de mobilisatietijd zoveel mogelijk bewaard. Na de oorlog was hij 40 jaar in dienst van graaf Bentinck van Amerongen als bosarbeider en hij is voor dit lange dienstverband ook onderscheiden. Het document is in ee nvan de twee plakboeken ingeplakt (nr. 411) net als het document bij het Herinneringskruis. Het herinneringskruis zelf is niet meer in de familie bewaard gebleven. Onder andere zijn in de plakboeken prentbriefkaarten ingeplakt die hij stuurde aan familie en vrienden in Amerongen en zijn verloofde. In 1916 trouwde hij met zijn verloofde, die in Leersum woonde. De oproepkaart van C. Veenendaal: 'opkomst met spoed'. De opa van mevrouw Van Dam woonde bij de ouders van mw. Van Dam in. Tussen 1984 en 1986 is hij begonnen te dementeren. Opa probeerde in een nacht het huis te verlaten en werd om 6 uur 's ochtends op een bepaalde ochtend door de politie op straat in zijn pyjama aangetroffen. Hij gaf toen te kennen 'geroepen te zijn door de koningin'. 't rooie boekje beschrijft allerlei oefeningen, richtlijnen en informatie om als soldaat te kunnen functioneren. Vermelding van rechten en plichten. Een compleet handboek voor de soldaat.