Het vluchtelingenkamp voor Belgen te Gouda aan de graaf Florisweg met in het midden sergeant/menagemeester Martinus van Vliet die de leiding had bij de voedselvoorziening en ook vluchtelingen in huis heeft gehad. || || Belgische vluchtelingen Gouda || Gouda || Photograph

Schiedam ving, na de inval van Duitsland in België, zo'n 600 à 700 Belgische vluchtelingen op. Vanaf 1915 verbleef ongeveer een derde van de vluchtelingen nog in de stad. De overige waren terug naar huis of naar Engeland vertrokken. Het tehuis voor de Belgische vluchtelingen in de Nieuwstraat 30 was een van de locaties waar vluchtelingen waren gehuisvest. In het pand van het voormalig Steuncomité werden de vluchtelingen, die onder de zorg van het Weeshuis der Hervormden vielen, vanaf 20 april 1915 ondergebracht.

Een geschonken obus is de herinnering aan de opvang van vluchtelingen bij de familie Heymans in de Kerkhofdries te Sint-Amands. De vluchtelingen waren kinderen van het gezin Vuylsteke-Parreyt uit de omgeving van Roeselare. Zij kwamen in de streek toe einde 1917. Zij werden bij de plaatselijke bevolking opgevangen. Vader Vuylsteke was reeds overleden op 06/08/1914 te Wandrée (als soldaat van het 9e linieregiment). Emma Parreyt kwam waarschijnlijk niet mee als vluchteling. De kinderen zijn terug naar huis gegaan begin 1919 en als dank werd een obus met inscriptie opgestuurd met als tekst: 1914 - Gedachtenis van den oorlog - 1919/De familie Parreyt. || - obus met bedankingsinscriptie - klasfoto van de Broederschool Bornem 1e leerjaar 1917-1918 (met o.a. Philip De Bruyn (°1911), grootvader van aanbrenger)